Maandag 1 juni was het zo ver. De heropening van het Van Gogh Museum. Om 12 uur precies gingen de deuren open voor het publiek. De hele ochtend gonsde een gepaste spanning door het museum.
De laatste briefing met de beveiliging, nog even bemoedigende woorden voor elkaar, iedereen naar zijn of haar positie en vervolgens wachten op de eerste bezoekers. Branddoctors was maandag aanwezig bij de opening en observeerde, interviewde en noteerde haar bevindingen.
Geen aarzelingen
In het Van Gogh Museum werkt men met timeslots van een kwartier. Per kwartier mogen er 25 mensen naar binnen, die zolang mogen blijven als ze willen. Het Van Gogh Museum begint rustig en kijkt het de komende tijd aan of het aantal beschikbare e-tickets omhoog kan. Wachtende voor hun timeslot konden we bezoekers een aantal vragen stellen. Een van de eerste vragen die we stelden was of men geaarzeld had om naar het museum te komen. Niemand van de aanwezigen had z’n bedenkingen voorafgaand aan het bezoek gehad. Sterker nog, volgens een van de bezoekers “stond hij te popelen om weer naar het museum te gaan”. Niemand had ook voorbereidingen getroffen in de vorm van een mondkapje of handgel, want “bij het Van Gogh Museum zal dat wel goed geregeld zijn”. We stelden de vraag natuurlijk wel aan mensen die hun tickets voor de eerste dag dat het museum heropende, geboekt hadden. Komende tijd gaan we onderzoeken of er bij de mensen, die nu níet komen, wel belemmeringen zijn om op korte termijn naar het museum te komen.
Komende tijd gaan we onderzoeken of er bij de mensen, die nu níet komen, wel belemmeringen zijn om op korte termijn naar het museum te komen.
Van Gogh voor jezelf
Op een normale dag, voor het corona tijdperk, kwamen er dagelijks wel 6.000 bezoekers over de vloer, maandag waren 350 tickets gereserveerd en daarmee was het museum uitverkocht. Een totaal andere gewaarwording en beleving. Want wanneer heb je nu een Van Gogh voor jezelf? Met deze nieuwe opzet, sta je regelmatig in een zaal met maar 4 andere bezoekers. Met iedereen verspreid over de ruimte, is er alle gelegenheid om de werken in alle rust te bekijken. Een bezoekster die we spraken zei: “het is een intense, ontroerende beleving om Van Gogh van zo dichtbij te kunnen zien”. Van Gogh voor jou alleen dus. Hoe geweldig die rust ook is, toch is het qua sfeer wellicht ook wat killer in het museum. Sommigen missen de levendigheid en gezelligheid een beetje die er normaal zeker is. Mooi om dit eens wat verder uit te pluizen de komende dagen. Wat is de perfecte balans tussen rust en reuring?
Met iedereen verspreid over de ruimte, is er alle gelegenheid om de werken in alle rust te bekijken.
Meer mensen
Na observeren lijkt het dat meer mensen ontvangen kunnen worden, en dat bevestigen de bezoekers. “Er is meer dan genoeg ruimte! Ik zat zelfs een hele tijd alleen op de derde verdieping.” In de museumshop, bij de garderobe, bij de koffiecounter loopt alles vrijwel gesmeerd. De bezoekers zijn zeer opgewekt als ze het museum weer verlaten. “Ik heb weinig gemerkt van de maatregelen. De pijlen zijn goed, niet overdreven. Het enige wat ik mis is het restaurant.” De Amsterdammers missen het restaurant niet, want ze zijn snel thuis. Zij zouden alle Amsterdammers en Nederlanders willen aanmoedigen om hun kans te grijpen om juíst nu het nog rustig is, ook te gaan.
De Amsterdammers zouden alle Amsterdammers en Nederlanders willen aanmoedigen om hun kans te grijpen om juíst nu het nog rustig is, ook te gaan.
De medewerkers vragen zich af, of deze goede bezoekerservaring blijft als de bezoekersaantallen toenemen. Daar komen we alleen achter door te experimenteren en het aantal bezoekers op te hogen. De komende dagen gaan we daarmee experimenteren. Wordt vervolgd!