In gesprek met Corien van der Meulen en Sophie van Steenderen, Stadsmuseum Harderwijk

Culture for breakfast, twee jaar verder.

Eind april 2020 werd ik tijdens de eerste lockdown uitgenodigd om het Stadsmuseum Harderwijk te bezoeken. Ik had het genoegen om Corien van der Meulen, directeur van Stadsmuseum Harderwijk en het Marius van Dokkum museum en Sophie van Steenderen, de conservator, te interviewen over de impact van de lockdown. We zijn nu twee jaar verder en ik reisde weer af naar Harderwijk waar ik in een geheel verbouwd en interactief museum hartelijk werd ontvangen door Corien en Sophie.

Hoe hebben jullie de afgelopen twee jaar ervaren?

“Met gemengde gevoelens” zegt Corien: “Het Stadsmuseum zou sowieso sluiten in het najaar van 2020 vanwege de grootscheepse herinrichting van de vaste presentatie van de stadsgeschiedenis en renovatie van het pand. Dat was gepland én begroot, dus qua timing hebben we in die zin geluk gehad. Maar natuurlijk raakte de lockdown ons ook. Er stond een prachtige zomertentoonstelling klaar, die zeker meer aandacht en publiek had verdiend. De wereld stond toch in een keer stil. Maar met de focus op de herinrichting en renovatie hebben we het heel druk gehad en ook door kunnen werken. Als je kijkt naar partijen die nu willen verbouwen, dan hebben die het veel moeilijker. Door bijvoorbeeld materiaal schaarste. Wij hadden alles al besteld.”

Met de focus op de herinrichting en renovatie hebben we het heel druk gehad.

“Tegelijkertijd keken we uit naar een grootse opening in juni 2021” vult Sophie aan. “Door de lockdown kon die niet doorgaan. Je bent trots op het resultaat, dat wil je vieren en delen met bewoners, bezoekers, vakgenoten en alle betrokken partijen. Dus dat was wel een domper. Maar toen we wel weer open mochten, weliswaar nog met restricties, zijn we vol energie van start gegaan met een tentoonstelling van Natasja Bennink. Zij heeft in opdracht van het Stadsmuseum twaalf bronzen beelden gemaakt voor de historische binnenstad, die de geschiedenis van Harderwijk markeren en die stad verbinden met het museum en vice versa.

En hoewel we in die periode nog geen grote groepen mensen tegelijkertijd konden ontvangen, hebben Corien en ik wel enorm veel mensen rondgeleid, op kleinere schaal. Het was intiemer en zo kregen wij heel direct de positieve reacties en ervaringen terug van onze bezoekers. We konden het enthousiasme echt proeven. Die persoonlijke aandacht werd als heel prettig ervaren. Misschien heeft dit uiteindelijk nog wel meer gedaan voor het museum dan een groots feest met toeters en bellen.

Overigens hebben we afgelopen april, tijdens de Museumweek, alsnog feest gevierd. Dit hebben we echt gedaan samen met de stad: deze hele week hadden inwoners van Harderwijk en Hierden gratis entree tot het Stadsmuseum. Dat was een schot in de roos!”

De museumvereniging als katalysator voor de provincie

“Wat we merkten toen we wel open mochten maar onder restricties was dat er veel meer aandacht was voor lokaal museumbezoek. Reizen werd afgeraden en mensen gingen meer op ontdekkingstocht in eigen buurt. Nu het lijkt dat echt alles weer kan en mag zien we dat diezelfde mensen eerder geneigd zijn om eerst naar de grote tentoonstellingen in de Randstad gaan.”

Er ligt een grote kans voor de Museumvereniging om ook het lokale aanbod te blijven stimuleren.

“Wat ook logisch is” gaat Corien verder: “Maar er ligt wat mij betreft een grote kans voor de Museumvereniging om vooral ook dat lokale aanbod te blijven stimuleren. Ik heb daarover ook een open brief geschreven, die gepubliceerd is in Trouw, en ik zal me hard blijven maken en mensen uit blijven dagen om vooral eens de provincie op te zoeken. Het zou zo leuk zijn als de Museumvereniging met zo’n adressenbestand meer zou sturen op de regio door bijvoorbeeld op postcode leden eenmalig met een gerichte mail te kunnen aanschrijven. Dat zou anno nu toch mogelijk moeten zijn en een enorme impuls geven.”

Harderwijk Hanzestad met genoeg toerisme, hebben jullie daar profijt van?

“Het toerisme begint weer op gang te komen, daar hebben we alle vertrouwen in. En met de recente chaos op Schiphol zullen mensen misschien hun vakantie heroverwegen en in Nederland blijven. Het Marius van Dokkum museum is het enige geregistreerde museum in Nederland van een levende kunstenaar. Dat trekt sowieso het hele jaar door bezoekers. Zelfs uit Taiwan. Voor het Stadsmuseum zit zoveel potentie in Harderwijk zelf. Er komt veel publiek zonder Museumkaart dat misschien voor het eerst een museum bezoekt. Mensen slenteren door de stad en onze open deuren nodigen uit om de gratis vaste tentoonstelling op de begane grond te bezoeken. Die laagdrempeligheid, daar houden wij van. Je kunt in Harderwijk een compleet dagje uit ervaren. En samen met collega-ondernemers in Harderwijk proberen we het potentieel van de stad te benutten.”

Er komt veel publiek zonder Museumkaart dat misschien voor het eerst een museum bezoekt

“We willen met ons museum midden in de samenleving staan” zegt Sophie. “En dat begint nu te resoneren. Zo zijn we gevraagd om op een symposium van de Universiteit van Tilburg te spreken. Het thema De radar voor het stadsgevoel. Ze waren bij ons museum uitgekomen omdat we een museum zijn van-voor-met- en in de stad. Dat is natuurlijk fantastisch. Nu kloppen ook andere musea aan met de vraag hoe wij dat aanpakken.” “En we hebben ons ingeschreven voor de museumprijs met het thema Beste buur” zegt Corien. “Ik denk dat we een goede kans maken want het Stadsmuseum is sterk geworteld in de stad en verbonden mét de stad. We werken samen met culturele partners. Zijn een goede buur voor horeca en winkels. En denken mee over het tot leven brengen van de geschiedenis, het erfgoed en de kunst in de stad. Samen zorgen we voor een verrassende stad om te ontdekken en om van te genieten, met Stadsmuseum Harderwijk als culturele hart.”

Dat klinkt alsof jullie echt gedragen worden. Maar wat is dan jullie grootste dilemma nu?

“We voelen niet echt een dilemma” zegt Sophie. “We willen aan de ene kant meer bekendheid en bezoekers krijgen, maar tegelijkertijd hebben we nu ook gezegd in onze missie dat de focus op Harderwijk ligt. Dat je echt voelt dat het Stadsmuseum en Harderwijk onlosmakelijk zijn verbonden. Want je gaat naar de Grote kerk, loopt over de boulevard, bekijkt de bronzen beelden in de stad en bezoekt een bijzondere tentoonstelling.”

Mensen zijn vaak overdonderd door de kwaliteit, de bruiklenen die er hangen en hoe het allemaal gepresenteerd wordt

Corien vult aan: “Als mensen de tentoonstelling over Harmen Meurs bekijken zijn ze vaak overdonderd door de kwaliteit, de bruiklenen die er hangen, hoe het allemaal gepresenteerd wordt. Dat vertellen ze door. We staren ons niet blind op de cultuurpagina in de landelijke kranten. Natuurlijk is het mooi als de kranten over je schrijven, maar de ‘proof of the pudding is in it’s eating’. Dus we vertrouwen op onze bezoekers: Ze zijn geweest, zijn enthousiast en vertellen het voort. Daar willen we ons op focussen.”

En wie zijn dat dan, die enthousiaste mensen? Wie is nu precies jullie doelgroep?

“Kort door de bocht is dat de inwoner van Harderwijk, de toerist en de kunstliefhebber. Maar om echt inzicht te krijgen wie onze bezoekers zijn en waar ze vandaan komen gaan we de komende vier jaar investeren in onderzoek. En dan gaan we verder dan bezoekers een online enquête in laten vullen of het analyseren van bezoekersaantallen. We zetten in op kwalitatief onderzoek. Praten met mensen, de diepte ingaan en echt doorgronden waarom of waarvoor iemand is gekomen. Met die resultaten kunnen we onze dienstverlening en programmering aanscherpen en door ontwikkelen.

Waar kijk je naar uit?

“Naar de fantastische tentoonstellingen die er aan komen zoals ‘Zuiderzeegezichten van Anthonie Pieter Schotel’. Een tentoonstelling verdeeld over 7 musea rondom de Zuiderzee. Complimenten voor Kees Hendriks van het Zuiderzeemuseum. Hij steekt al jaren zijn nek uit voor de kleinere musea en bewijst dat samenwerking tussen musea wel degelijk succesvol kan zijn. Daar plukken wij ook de vruchten van. Het zou mooi zijn als van de zomer veel mensen met een bootje naar Harderwijk komen om de Zuiderzeegezichten te komen bekijken.”

“En in het najaar komt Jitske Schols exposeren” vertelt Sophie. “Vergeten vrouwenverhalen die zij voor het voetlicht wil brengen. Jitske is een gevestigd fotografe maar als schilder nog redelijk onbekend. Dat vinden we interessant, want wij geloven dat ze met haar schilderijen aan het begin staat van iets wat heel groot kan worden. En dat we dan van haar het vertrouwen krijgen om haar schilderijen bij ons te exposeren. Dat geldt ook een beetje voor Harmen Meurs, een kunstenaar die in de vergetelheid is geraakt. Wij merken nu dat we een opstap zijn naar meer erkenning voor zijn werk. Daar zijn we trots op.

Zo willen we ons blijven ontwikkelen. Met tentoonstellingen waar we ons helemaal goed bij voelen, en waar we ons helemaal aan willen verbinden. Die passen bij het museum, maar ook bij wie wij zelf zijn.

En na een rondleiding door het geweldig verbouwde, interactieve museum neem ik afscheid van een bevlogen twee-eenheid. Die het museum verbindt met mensen in het bijzonder en de omgeving als geheel. Slagvaardig en origineel. Bewegelijk en vrij.

 

 

Gepubliceerd op
19 mei 2022

Lees verder
Auteur
Lisette van Elst